Spring Havo Notre Dame Ubbergen

HAVO Notre Dame

HEVO

De Havo Notre Dame des Anges is een kleinschalige middelbare school in Ubbergen. De locatie maakt onderdeel uit van een groot natuurgebied in de omgeving van Nijmegen. Als uitdrukking van het reageren op de natuur, is het begrip ‘platform’ gebruikt. Door de eenvoudige opbouw van drie horizontale vloervelden met een transparante gevel, suggereert het gebouw te zweven boven het maaiveld.

Plaats
Ubbergen
Jaar
2011
Opdrachtgever
Hevo Projectmanagement
Oppervlakte
4.500 m2

Bouwsom
€ 4,4 miljoen
Ontwerpteam

Rinus Roovers
Jurjen Vermeer
Auteursrecht
Spring architecten
Rinus Roovers architect

RESULTAAT

VIDEO

CONCEPT

Architectuur
De nieuwbouw van de Havo Notre Dame des Anges te Ubbergen is een zelfstandige, kleinschalige Havo. De locatie ligt op de overgang van de stuwwal Rijk van Nijmegen naar de Ooijpolder, een groot natuurgebied dat zich uitstrekt van Nijmegen tot aan de Duitse grens. De directe sfeer van de natuur en de ecologische kwaliteiten van de omgeving worden bepaald door de aanwezigheid van de stuwwal met zijn bossen en bronnen die een bijzondere flora en fauna tot gevolg hebben. Vanwege zijn unieke karakter is de locatie  geliefd bij natuurliefhebbers en wandelaars. In de nabijheid van het plangebied ligt het beschermde Rijksnatuurmonument ‘Bronnenbos de Refter’.

Als uitdrukking van het reageren op het landschap is het begrip platform gebruikt. Door de eenvoudige opbouw van drie horizontale vloervelden, die van binnen doorlopen naar buiten, suggereert het gebouw te zweven boven het maaiveld. Het landschap lijkt letterlijk onder het gebouw door te lopen. Voor de terugspringende gevels tussen de vloervelden, is gestreefd naar een zo’n transparant mogelijk karakter. Dit is bereikt door verdiepingshoge puien met glas van vloer tot plafond. De relatie tussen binnen en buiten wordt versterkt doordat de plafonds vanuit binnen op dezelfde hoogte doorlopen naar buiten, waardoor de grens tussen binnen en buiten vervaagd.

In het interieur van het gebouw is er, in vormgeving, materiaal en kleur, een duidelijk samenhang met het exterieur. In het interieur zijn veelvuldig dezelfde verdiepingshoge houten puien gemaakt als in het exterieur. De hoeken van de ruimtes zijn voornamelijk transparant gehouden, waardoor overal in het gebouw lange zichtlijnen ontstaan die tot ver in de omliggende omgeving reiken.

Materiaalgebruik en hoofdopzet
Om aan te sluiten op de ecologische kwaliteiten van de locatie zijn de gevels uitgevoerd in houten puien met daartussen gesloten vlakken van verticale houten delen. De gevels van de aula en de entreehal bestaan uit een aluminium vliesgevels met een volledige invulling van glas. De beëindiging van de overstekende vloerranden bestaan uit stalen UNP profielen, die tegen een stootje kunnen. Aan de Noordzijde is de geluidswerende gevel uitgevoerd als een massieve muur van stoer en robuust metselwerk die één is met de natuur en zo een mooi contrast vormt met het fragiele gebouw

De historische stuwwal, grenzend aan de locatie, maakt het mogelijk om op het dak van de school te kijken. Om ook hier een relatie met de natuur te maken is gekozen voor een mos-sedumdak en zijn installaties op het dak vermeden.

De entree van het gebouw bevindt zich in de dubbele hoge transparante uitsnede in het hart van het gebouw met daarin een centrale monumentale open trap. Zowel op de begane grond als op de verdieping is dit het vertrekpunt van een rondgang door het gebouw waaraan zich alle verschillende onderwijsclusters bevinden. Op de verdieping is de mediatheek gesitueerd, een open studielandschap, met aan de rand besloten nisjes waar leerlingen zich kunnen terugtrekken. De lokalen hebben hier dubbele schuifdeuren waardoor een koppeling met de mediatheek mogelijk is gemaakt. De gymzaal ligt tegen de gemetselde geluidswal omdat deze minder geluidsgevoelig is. Het interieur kenmerkt zich door zijn transparantheid en zichtlijnen. Toch kent het gebouw zijn duidelijke plekken voor levendigheid en rust. Het is een onderwijsdomein voor leerlingen en leerkrachten dat vanaf de eerste dag van ingebruikname wordt ervaren als aangenaam en vanzelfsprekend.